Astrid en Emma Wauters zijn tweelingzussen en studeerden in Brugge aan het conservatorium, waar ze intussen zèlf docent zijn.
Astrid koos voor de cello, Emma voor de harp.
Samen kamermuziek spelen doen ze met virtuoze flair en voelbaar speelplezier.
Ze stellen een gloednieuw programma voor onder de noemer ‘Art Nouveau’, met muziek van Franse en Belgische componisten, en ook poëzie van Emile Verhaeren.
De Art Nouveau (of Jugendstil) golfde in de periode 1890-1910, de “Belle époque”, door heel Europa, van Wenen tot Madrid, van Brussel tot Parijs. Sierlijke arabesken, golvende lijnen en guirlandes, naar motieven en vormen van bloemen, dieren, planten, vruchten…
Denk aan de sierlijke metro-ingangen van Hector Guimard in Parijs, de architectuur van Virtor Horta bij ons, de schilderkunst van Gustav Klimt enz…
In de poëzie en de muziek worden de vormen ook vrij en organisch, melodieën deinen als golven, zweven als vogels, en de harmonie volgt de weelderige stemmen van de natuur.


* Joseph JONGEN (Luik 1873- Sart-lez-Spa 1953): Danse lente, op. 56
* Claude DEBUSSY (Saint-Germain-en-Laye 1862- Parijs 1918): Sonate voor cello en piano (1915) (arr. Fabrice Pierre)
– Prologue: Lent, sostenuto e molto risoluto
– Sérénade: Modérément animé
– Final: Animé, léger et nerveux

* Frederic CHOPIN ( Żelazowa Wola 1810- Parijs 1849): Nocturne nr. 20 in cis (1830) (arr. Astrid en Emma Wauters)
* Ernest BLOCH (Genève 1880- Portland 1959): Prayer uit de suite ‘From Jewish Life’ (1924)
* Henriette RENIÉ (Parijs 1875-1956): Contemplation voor harp solo (1901)

* Henriette RENIÉ: Andante Religioso (1905)
* Gabriël FAURÉ (Pamiers 1845- Parijs 1924): Élégie opus. 24 (1883)
* Gabriël FAURÉ: Après un rêve, opus 7 nr. 1 (1878),